Dinsdag 28 juni
08:55
Opening
Voorzitter congrescommissie
Immuno-oncologie: basics, update nieuwe indicaties, toekomst in CCC, Pancreasca?
Liquid DNA Analysis
10:15
Pauze
Watchfull waiting: update
Predictive response to therapy with personalised therapy
11:15
Ontwikkelingen van biomarkers bij het pancreascarcinoom
Gaby Strijk, Erasmus MC
Ontwikkelingen van verschillende biomarkers om de response op FOLFIRINOX behandeling voor pancreascarcinoom te kunnen voorspellen in een vroeg stadium, voor start behandeling of na 1 kuur chemotherapie. Deze biomarkers omvatten ctDNA, SNPs, micro-RNA’s en cytokines.

Gaby Strijk
11:30
Organoids en CMS types bij peritoneaal gemetastaseerd coloncarcinoom
Onno Kranenburg, UMC Utrecht
Benefit en harm neoadjuvante chemoradiatie (mn. Late toxische effecten)
11:45
Update van de ARTDECO studie
Maarten Hulshof, Amsterdam UMC
Twee gerandomiseerde trials (INT 0123 en ARTDECO) laten geen signficant voordeel zien van een radiotherapie dosisescalatie tijdens definitieve chemoradiatie voor het slokdarmcarcinoom. De recente update van de ARTDECO studie laat met langere follow up wel een winst in locoregionale controle zien, maar dit vertaalt zich niet in een overlevingswinst, zelfs een niet-significante verslechtering van overall survival. Deze resultaten suggereren dat er subgroepen kunnen zijn die baat hebben bij dosisescalatie, zolang geen toename in toxiciteit verwacht kan worden van dosisescalatie. Zolang dit niet duidelijk is blijft een dosis van 50,4 Gy de standaard.

Maarten Hulshof
Radiotherapeut-oncoloog
12:00
Herbestraling bij het recidief rectumcarcinoom: wat is het doelgebied?
Heike Peulen, radiotherapeut, Catherina Ziekenhuis, Eindhoven
Behandeling van het recidief rectumcarcinoom bestaat uit neo-adjuvante concurrent chemo(reir)radiatie gevolgd door resectie. In de gerandomiseerde pelvex II studie wordt onderzocht of de toevoeging van neo-adjuvante chemotherapie de kans op een R0 resectie vergroot. Ondanks dat radiotherapie standaard wordt gegeven is er geen richtlijn over (her)bestraling van het recidief rectumcarcinoom. In deze presentatie wordt toegelicht wat bestraling in deze situatie uitdagend maakt en waarom een richtlijn van belang is. Multidisciplinaire discussies en een inteken studie hebben geleid tot de huidige consensus richtlijn met als doel verbetering van de bestralingsbehandeling.

Heike Peulen
Radiotherapeut-oncoloog
12:15
Lunch
Keynote lecture
14:30
Pauze
Presentatie studies per topic: nieuwe studietypes?
15:15
TwiCs design bij DPCG studies
Lois Daamen, UMC Utrecht
Biografie
Lois Daamen is arts en klinisch epidemioloog, momenteel werkzaam als postdoc in de onderzoeksgroep van prof. dr. HM (Lenny) Verkooijen in het UMC Utrecht en de Dutch Pancreatic Cancer Group. In januari 2021 verdedigde ze met succes haar proefschrift over detectie en behandeling van recidief pancreascarcinoom. Onderdeel van haar promotieonderzoek was het opzetten van twee landelijke gerandomiseerde studies volgens het ‘Trials within Cohorts’ design (de RADAR-PANC trial en ARCADE trial), waarvoor subsidie werd toegekend door respectievelijk Deltaplan Alvleesklierkanker en KWF Kankerbestrijding. Daarnaast heeft zij in 2020 de Master Epidemiologie (specialisaties Klinische Epidemiologie en Medische Statistiek) aan de Universiteit Utrecht afgerond.

Lois Daamen
Onderzoeker
15:25
Fase IV studie naar adjuvant Nivolumab voor slokdarmcarcinoom
Maurits Visser, DICA, Leiden
In 2021 zijn de resultaten van de Checkmate 557 studie naar het effect van adjuvant nivolumab bij slokdarm- of slokdarm-maag overgangkanker. Dit onderzoek rapporteerde een mediane ziektevrije overleving van 22,4 maanden in de nivolumab groep ten opzichte van 11,0 maanden in de placebo groep. Toch bestaan er nog vragen na dit onderzoek. Zo wordt er een kortere overleving gerapporteerd dan er in Nederland op dit moment geregistreerd wordt. Daarnaast is de proportie geëxcludeerde patiënten na slokdarmresectie onbekend en worden er geen details over chirurgische uitkomsten gerapporteerd. Als laatste is niet bekend welke patiënten het meeste baat hebben bij nivolumab, hoewel er aanwijzingen zijn voor een associatie tussen PD-L1 expressie/combined positive score (CPS) en overleving na immunotherapie. Gezien het bovenstaande zou het interessant zijn om het effect van nivolumab als adjuvante therapie voor slokdarmkanker te analyseren op nationaal niveau in een ongecontroleerde setting. Hiervoor zullen de bestaande databases van de NKR, DUCA, PALGA en POCOP worden gekoppeld om een database te vormen met alle patiënten die een slokdarmresectie hebben ondergaan voor slokdarmkanker in Nederland tussen 2023 en 2025. Deze database zal onder andere chirurgische parameters, het postoperatieve beloop, pathologische karakteristieken en lange termijn overleving bevatten. Daarbij zal additionele registratie in de NKR plaats vinden en in een nieuwe module pathologische karakteristieken omtrent tumor immuun infiltraat geregistreerd worden. In 2023 zal de registratie van start gaan en vanaf 2025 zal gestart worden met de analyse van de resultaten. Het doel van deze studie is het monitoren van de implementatie, de voordelen en de gevaren van adjuvant nivolumab op nationaal niveau.

Maurits Visser
Onderzoeker
15:35
Pre-Habilitatie bij obstructief coloncarcinoom
Jennifer Schreinemakers, Amphia Ziekenhuis, Breda
15:45
CAIRO-6 en PIPAC-studies
Ignace de Hingh, Catharina Ziekenhuis, Eindhoven
Biografie
Professor Dr Ignace De Hingh, MD, PhD (1971) is surgical oncologist at the Catharina Cancer Institute in Eindhoven, the Netherlands. His clinical activities mainly focus on pancreatic cancer and the multi-disciplinary treatment of peritoneal metastases including CRS & HIPEC. He is involved in experimental, population-based and clinical studies aiming to improve the outcome of these patients and has co-authored over 340 peer-reviewed publications on these subjects. He is the past-president of the Dutch Peritoneal Oncology Group, founding member and secretary of the Dutch Pancreatic Cancer Group, executive board member of the Peritoneal Surface Oncology Group International (PSOGI), medical advisor of IKNL, professor at GROW Research School of the Maastricht University and participates in several national and international research projects.

Ignace de Hingh
Chirurg-oncoloog
15:55
DHCG studies
Complexe casuistiek
16:15
Casus 1: Pitfalls in diagnostiek naar pancreascarcinoom
Rutger Quispel, RdGG Delft
16:40
Casus 2 Pitfalls in de diagnostiek van PMP
Patrick Hemmer, UMCG, Groningen
Biografie
Patrick Hemmer is Chirurg -oncoloog in het UMCG en hoofd van de afdeling Chirurgische oncologie. Hij is initiator van enkele lokale studies en als lokale PI betrokken bij de landelijke HIPEC studies.

Patrick Hemmer
Chirurg-oncoloog
17:05
Casus 3: Halskliermetastasen voor slokdarmcarcinoom: palliatie of curatie?
Richard van Hillegersberg , UMC Utrecht
Robot geassisteerde thoracolaparoscopische oesophagusresectie met bilaterale halsklierdissectie voor oesophaguscarcinoom met lymfekliermetastasen in de hals: veilig en haalbaar S. van der Horst1, T.J. Weijs1, J.P. Ruurda1, R. van Hillegersberg1 Achtergrond Een thoracolaparoscopische oesophagusresectie met mediastinale en abdominale lymfeklierresectie na neoadjuvante chemoradiatie is de hoeksteen van de behandeling van het resectabele oesophaguscarcinoom. Echter, lymfekliermetastasen naar de hals worden van oudsher als afstandsmetastasen beschouwd, en deze patiënten worden palliatief behandeld met een sombere prognose. In de nieuwste TNM-8 classificatie worden haskliermetastasen in level II-IV als locoregeionaal geclassificeerd, wat overeenkomt met de lymfeklierketen langs de gehele oesofagus. Een alternatieve strategie zou zijn om voor deze selecte patiëntengroep een thoracolaparoscopische oesophagusresectie te combineren met een bilaterale halsklierdissectie. Prospectief onderzoek hiernaar ontbreekt. Het doel van dit onderzoek was te bepalen of een thoracolaparoscopische oesophagusresectie gecombineerd met een bilaterale halsklierdissectie veilig en haalbaar is bij patiënten met een resectabel oesophaguscarcinoom met lymfekliermetastasen in de hals Methode Een prospectieve fase II cohort studie werd verricht in het Universitair medisch centrum tussen 2015 en 2021. Patiënten met een resectabel thoracaal oesophaguscarcinoom werden geïncludeerd en ondergingen neoadjuvante chemoradiatie met medenemen van de aangedane halsklieren gevolgd door robot geassisteerde thoracolaparoscopische oesophagusresectie gecombineerd met een bilaterale halsklierdissectie Resultaten In totaal 32 patiënten werden geïncludeerd, waarvan 3 uitvielen voor neoadjuvante chemoradiatie (mediastinitis 1, T4b op aanvullende beeldvorming 2) en 9 erna (intervalmetastasen 6, aspiratie 1, functionele achteruitgang 1, wens patiënt 1). In totaal 20 patiënten ondergingen robot geassisteerde thoracolaparoscopische oesophagusresectie gecombineerd met een bilaterale halsklierdissectie, welke R0 was in 95%. Complicaties waren onder andere naadlekkage (30%), pneumonie (40%), recurrens parese (45%). De ziekenhuis mortaliteit was 0%. De mediane overall survival was 16 (interquartile range 8-31) maanden na resectie. Conclusie Robot geassisteerde thoracolaparoscopische oesophagusresectie met bilaterale halsklierdissectie voor oesophaguscarcinoom met lymfekliermetastasen in de hals gaat gepaard met complicatie percentages vergelijkbaar met de literatuur, behoudens het hogere aantal recurrens pareses.

Richard van Hillegersberg
Chirurg-oncoloog
17:30
Borrel
19:00
Diner